By Arnold Jansen op de Haar
Last week, Nick Robinson, BBC’s political editor, was a hit on YouTube. After he finished his report in front of the TV camera, he turned around. For some time, a demonstrator with a banner saying: ‘Cut the war, not the poor’ had stood behind him.
Nick didn’t hesitate for a moment, he pulled the placard from the man’s hands and trampled it under his feet. You shouldn’t behave like that when you are a political commentator but I understood his feelings. He politely returned the pole, which had been attached to the banner, to the astonished demonstrator.
Recently, for the first time in my life, I came close up to a demonstration. On the 29th of September I travelled from The Netherlands to London by train and I had an hour to spare at Brussels South station. I decided to smoke a cigar outside the station hall.
The sound of a large body of people on the move drifted towards me. Jeering demonstrators in red and green rain jackets moved past. The demonstration at Europe Square was about to start.
Later I learned that it was a campaign ‘against the handling of the crisis by EU countries’. A somewhat vague concept but about 100,000 people, sponsored by the unions, and with packed lunches and party horns, had travelled to Brussels, only to gather before my eyes.
Next to me stood an older smoking gentleman in an expensive suit. The demonstrators blew their horns, and here and there the first fireworks were set off. The gentleman standing next to me had just explained that the police stayed out of sight to prevent making matters worse. Just at that moment the Union of Teachers walked passed.
I don’t know who threw it but suddenly a fire-cracker exploded near my ear. Another of these missiles flew into my neighbour’s trouser leg. I checked my head and my neighbour pirouetted on one leg. A few of the demonstrating teachers burst out laughing. At that point I would have loved to remove the placards from the demonstrators’ hands.
The comments on YouTube have it in for Nick Robinson. They call him among other things ‘a fucking little rat’ and ‘a scum’. Anti-war demonstrators are one of the most aggressive kinds, which is strange. I mean, you leave home to demonstrate for peace only to enjoy vandalizing a few things along the way. Nick Robinson simply gave them some of their own medicine.
I will never take part in a demonstration. I will also never join a union, not even a writers’ union. (I hate meetings.)
A few years ago I was asked, as a writer, to sign a petition by the foundation for ‘Pigs in Need’ against the Bio Industry. I agree that we need to treat animals much better but I believe in democracy not in the tyranny of the street mob.
Besides it is likely that pigs have been used to make the book you read (glue) and the shoes you wear. Crushed pig bones are also used in china and train breaks.
Pig’s fat is a component of biodiesel. Pig’s fat is used to make glycerine, which in turn forms part of toothpaste and wax. Its bone marrow provides gelatine: an ingredient of chewing gum, ice cream and fruit juices.
So when in the morning you have brushed your teeth, drank a glass of fruit juice and travelled by train to join a demonstration about animal rights, you have already killed a pig. That is what I call humour.
Dutch writer Gerard Reve (1923-2006) once wrote a poem called Testimony. It ends like this:
What is the will of the people?
Not much good, that is for sure.
So I take to the streets
With my own standard
And on it the words:
Freedom! Disease! Old Age!
Long Live Death!
© Translation Holland Park Press
You can leave your comment on our forum.
Previous columns:
Nick twijfelde geen moment, trok de demonstrant het bord uit handen en vertrapte het onder zijn voeten. Je moet dat als politiek commentator natuurlijk niet doen maar ik begreep het wel. En Nick gaf de stok waar het bord aan vast had gezeten netjes terug aan de verbouwereerde demonstrant.
Onlangs zag ik zelf voor het eerst van mijn leven een demonstratie van dichtbij. Ik reisde op 29 september per trein van Nederland naar Londen en had op station Brussel-Zuid een uur over. Ik besloot om buiten de stationshal een sigaartje te gaan roken.
Het geluid van een massa in beweging kwam me tegemoet. Joelende demonstranten trokken langs in groene en rode regenjacks. Op het Europaplein stond een demonstratie op het punt van beginnen.
Later hoorde ik dat het om een actie ‘tegen de aanpak van de crisis door de Europese landen’ ging. Een vage omschrijving maar zo’n 100.000 mensen waren op kosten van de vakbonden met broodtrommels en feesttoeters naar Brussel gereisd en stonden zich voor mijn neus te verzamelen.
Naast me bevond zich een rokende oudere heer in een duur pak. De demonstranten bliezen op fluitjes en hier en daar werd reeds vuurwerk afgeschoten. De heer naast me had net tegen me gezegd dat de politie uit zicht bleef omdat het anders zou werken als een rode lap op een stier. Op dat moment passeerde de bond van onderwijzend personeel.
Wie er gooide weet ik niet maar plotseling ontplofte naast mijn oor een rotje. Een ander projectiel vloog bij mijn buurman in de broekspijp. Ik greep naar mijn hoofd en mijn buurman maakte een pirouette op één been. Een paar van de demonstrerende leraren lachten. Het liefst had ik op dat moment alle demonstranten de borden uit handen gerukt.
In de commentaren op YouTube krijgt Nick Robinson er flink van langs. Zo is hij onder meer ‘a fucking little rat’ en ‘a scum’ (tuig). Anti-oorlogsdemonstranten behoren tot de meest agressieve soort en dat is raar. Ik bedoel: je gaat van huis om voor de vrede te demonstreren en onderweg ga je lekker wat dingen vernielen. Nick Robinson gaf ze gewoon een koekje van eigen deeg.
Ik zal nooit meelopen in een demonstratie. Ook zal ik nooit lid worden van een vakbond, zelfs niet van een vakbond voor schrijvers. (Ik vind vergaderen een ramp.)
Enige jaren geleden werd mij als schrijver gevraagd een petitie te ondertekenen tegen de bio-industrie namens de stichting ‘Varkens in Nood’. Ik ben het met ze eens dat er veel beter met dieren moet worden omgegaan maar ik geloof in democratie, niet in de macht van de straat.
Bovendien zit in het boek dat je leest waarschijnlijk varken (lijm), net als in je schoenen. Maar er zitten ook gemalen varkensbotten in porselein en in de remmen van de trein.
Dus als je ’s morgens je tanden hebt gepoetst, een glaasje vruchtensap hebt gedronken en met de trein naar de demonstratie voor dierenrechten afreist, heb je reeds een varken vermoord. Kijk, dat vind ik nou humor.
De Nederlandse schrijver Gerard Reve (1923-2006) schreef ooit het gedicht Getuigenis. Dat eindigt zo:
Wat wil het volk?
Niet veel goeds, dat is zeker.
Dus ga ik de straat op,
met mijn eigen vaandel
waarop geschreven staat:
Vrijheid! Ziekte! Ouderdom!
Lang leve de Dood!
© Arnold Jansen op de Haar