By Arnold Jansen op de Haar
The mayor of Moerdijk, a Dutch council, announced that he will resign this summer after 2.5 years in the job, even though he had been appointed for a six year period. Continuing to work past his 65th birthday apparently would reduce his monthly pension by 1000 euros. He had only just made this announcement when a large local chemical factory burned down to the ground. You could conclude: it is time to pay. (You’ll have to wait for the story of the fly.)
Moerdijk’s mayor resembles a Michelin inspector. Yet suddenly he had become a national figure. The mayor declared that he didn’t know exactly what was stored in the chemical factory but tests had revealed that it was harmless.
A few days later the truth turned out to be somewhat different. The mayor of Breda, a larger neighbouring town, took over. Besides he had a far more suitable mournful face compared to the candid mayor of Moerdijk. Because when a disaster strikes, even when there are no casualties, a tragic demeanour is essential.
Subsequently the mayor of Dordrecht appeared centre stage. Dordrecht had taken the full brunt of the fire’s smoke and ash. Mr Brok, Dordrecht’s mayor looked grief-stricken; yet when paying close attention you saw him wet his lips after every few words.
It is only after a local disaster that a Dutch mayor finds fame. There is one bright point in the light of a disaster, the mayor’s spouse does not attend. ‘One disaster is more than enough,’ is our verdict at home.
A spouse just makes an appearance during festivities. She will be wearing a hat. Unfortunately she is not used to wearing a hat. The mayor’s spouse is actually too much of a presence. She hampers dignitaries from all sides complete with a huge hat.
Back to the disaster; the mayor in question almost busts of vanity but says little.
I have developed a theory about it; Dutch mayors are appointed a bit like most English mayors. An appointed mayor has a mostly ceremonial role. Indeed, he chairs the council and councillors’ committees, and is responsible for public order, however he hasn’t been elected. His experience tells him to calm things down. Yet after a disaster or a terrorist attack you need to act.
That is why I am in favour of an elected mayor. An appointed mayor’s aim is to smooth things over whereas an elected mayor searches for solutions.
I only know one mayor in England, Boris Johnson, the mayor of London. He has been directly elected. There are only a few other mayors like him in England. And in so far as I can judge, it works for London.
There is one thing worse than being appointed: being born into a position like royalty. Or of course marry into a role. Recently at the New Year’s reception, Danish Prince Henrik stood as usual next to Queen Margrethe. Unfortunately his fly was undone and no one dared to point this out to him.
Recently, Job Cohen, formerly mayor of Amsterdam, became the leader of the largest opposition party in the Dutch Second Chamber. Actually he is still performing his mayoral role. Therefore he thinks it a bit odd if someone corrects him. (‘Job, your fly is undone.’) Besides he doesn’t dare to speak his mind. (Well, no, yours is.’)
Elected persons do make mistakes but the electorate will vote them out. However a voter understands that a politician has to take his chances. It is something a good politician knows.
You are not used to it when you are appointed by central government; then it is a matter of make no mistakes, calm things down because before you know it they send you on gardening leave. The mayor of Moerdijk left on his own accord. He couldn’t handle it, ‘physically nor mentally’. He has come to this conclusion quite late in his career.
Royalty and appointed mayors can provide comfort. To sort things out you need politicians. Besides, you can simply tell a politician: ‘For heaven’s sake, do up your fly!’
You can leave your comment on our forum.
De burgemeester van Moerdijk ziet eruit als een inspecteur van de Michelingids. En plotseling was hij een nationaal gezicht. De burgemeester verklaarde dat hij ook niet precies wist wat er in die chemische fabriek lag, maar de metingen wezen uit dat het geen kwaad kon.
Dat bleek een paar dagen later toch iets anders te liggen. De burgemeester van Breda, de heer Van der Velden, nam het over. Die had bovendien een veel beter begrafenisgezicht dan de rondborstige burgemeester van Moerdijk. Want ook al zijn er geen doden gevallen, een begrafenisgezicht is bij een ramp erg belangrijk.
Voorts werd de burgemeester van Dordrecht ten tonele gevoerd. Dordrecht lag namelijk onder de rook van de brand. De burgemeester van Dordrecht, de heer Brok, trok ook een begrafenisgezicht. Maar als je goed keek zag je dat hij om de paar woorden zijn lippen likte.
Burgemeesters van Nederlandse gemeenten worden pas echt beroemd na een ramp. Het is een geluk bij een ongeluk dat bij een ramp de echtgenote van de burgemeester niet wordt opgevoerd. ‘Eén ramp is genoeg,’ zeggen wij thuis.
Die echtgenote wordt alleen van stal gehaald bij festiviteiten. Dan draagt ze een hoed. Ze is alleen niet gewend hoeden te dragen. De echtgenote van de burgemeester is altijd net iets te nadrukkelijk aanwezig. Links en rechts torpedeert ze andere hoogwaardigheidsbekleders. Met een hele grote hoed.
Ik heb een theorie hoe dat komt. De Nederlandse burgemeester wordt benoemd, net als de meeste Engelse burgemeesters. De taak van de benoemde burgemeester is grotendeels ceremonieel. Hij is dan wel voorzitter van de gemeenteraad en van het college van burgemeester en wethouders, en hij is verantwoordelijk voor de openbare orde, hij is echter niet gekozen. Hij heeft geleerd om de boel te sussen. Maar bij een ramp, of een aanslag, moet je handelen.
Daarom ben ik voor een gekozen burgemeester. Een benoemde burgemeester denkt in termen van sussen. Een gekozen burgemeester denkt in oplossingen.
In Engeland ken ik eigenlijk maar één burgemeester, die van Londen, Boris Johnson. Hij is gekozen. Dat is slechts in enkele Engelse gemeenten het geval. En voor zover ik het kan overzien, werkt het in Londen.
Nog erger dan benoemd te worden in een functie is geboren te worden in je rol, zoals bij koninklijke figuren. Of in je rol te trouwen. Onlangs stond de Deense prins Henrik op de nieuwjaarsreceptie keurig naast koningin Margrethe. Alleen jammer dat zijn gulp open stond en niemand er wat van durfde zeggen.
De burgemeester van Amsterdam, Job Cohen, werd leider van de grootste oppositiepartij in de Tweede Kamer. Eigenlijk zit hij nog steeds in zijn rol van burgemeester. Dat hij wordt gecorrigeerd, vindt hij nog altijd een beetje gek. (‘Job, je gulp staat open.’) En bovendien durft hij zich niet uit te spreken. (‘Nee, jouw gulp staat open.’)
Gekozen types kunnen ook fouten maken. Dan worden ze door de kiezer afgerekend. Maar de kiezer begrijpt ook dat een politicus zijn nek moet uitsteken. Een goed politicus weet dat.
Als je van rijkswege bent aangesteld, ben je dat niet gewend. Geen fouten maken, de boel sussen, voor je het weet zit je thuis achter de geraniums. De burgemeester van Moerdijk is inmiddels toch maar zelf opgestapt. Hij kon het ‘fysiek en mentaal’ niet aan. Daar komt hij dan laat in zijn carrière achter.
Koninklijke figuren en benoemde burgemeesters kunnen troost bieden. Voor handelen heb je een politicus nodig. En tegen een politicus zeg je gewoon: ‘Doe in godsnaam die gulp dicht!’
© Arnold Jansen op de Haar
Eerdere columns: